Mannen met een dubbelleven

Travestie; een begrip, onbegrepen en vaak verward met homoseksualiteit.
Jammer, zegt Truus van “Travisage” die al vanaf 1994 veel mannen met travestiegevoelens begeleidt: 96% van deze mensen zijn n.l. hetero, hebben normaal een gezin of wonen samen met een vrouw. Je ziet het er aan de buitenkant ook niet aan af, dat deze mannen met deze travestiegevoelens leven. Het kan je buurman zijn of de slager of de bakker.

De fascinatie voor vrouwen en vrouwenkleding ontwikkelt zich al in de kindertijd. Truus kan beamen dat de meeste mannen achteraf nog weten dat zij vroeger kleding van hun moeder of zus stiekem hebben aangehad. Zodra de leeftijd van verkleedpartijtjes is gepasseerd, beginnen de jaren van ontkenning en twijfels. Truus: De jongens komen dan in de pubertijd en gaan aan zichzelf twijfelen. Ze weten zeker dat ze op meisjes vallen, maar de drang om zich om te kleden als vrouw blijft bestaan. Deze drang proberen zij dan heel hard te onderdrukken en door het beginnen aan een gezinsleven d.m.v. huwelijk of samenwonen hebben ze het idee, dat die gevoelens vanzelf wel zullen verdwijnen.
  Hij en Zij


Maar niets is minder waar en het boemerangeffect begint pas echt te spelen wanneer ze gesetteld zijn; een baan, huis, vrouw en kind. Dat gevoel komt hard terug en is vaak heviger.
De mannen verzetten zich er vaak tegen en vinden het meestal erg moeilijk zichzelf zo te accepteren. Dikwijls, d.m.v. machogedrag, wordt nog geprobeerd om die gevoelens te negeren om maar aan de buitenwereld te laten zien dat zij vooral “echte” mannen zijn.
Door de drang af en toe vrouw te willen zijn maar te blijven onderdrukken kunnen er zelfs lichamelijke of psychische klachten ontstaan.
Een gevoel om van te stikken.
Maar er komt een moment dat zij er geen weerstand meer aan kunnen bieden.

Verstoppen
Eenmaal toegegeven aan de drang om af en toe vrouw te zijn, durven ze het vaak niet meer aan hun partner te vertellen. Ze schaffen hun benodigde spulletjes aan en gooien ze na gebruik vaak weer weg. Of ze verbergen ze op plaatsen, waar hun naasten ze vooral niet kunnen vinden. Steeds opnieuw moet een excuus of gelegenheid bedacht worden om tijd en plek te vinden om eventjes “vrouw” te zijn.
De behoefte voor dat omkleden, al is het maar voor een uurtje, moet bevredigd worden.
Het is een drang waar ze zelf niets aan kunnen doen en zelfs wetenschappers weten niet waar het vandaan komt. Maar het feit ligt, dat zeker 1 op de honderd mannen, in meer of mindere mate met deze travestiegevoelens moeten leven. Hoogstwaarschijnlijk zijn het er veel meer volgens Truus.
Als ze zover zijn dat ze kunnen accepteren dat er travestiegevoelens zijn, begint de zoektocht naar herkenning. Truus vertelt dat internet een aantal jaren geleden als een verademing kwam.
Voor die tijd bleef je als man in de schaduw leven. Jouw omgeving zou de vrouwelijke kant in jou nooit accepteren en je gevoelens bleven onbegrepen. Ze dachten vaak zelfs dat ze de enige op de wereld waren met deze travestiegevoelens.
Door de opkomst van internet ging een wereld voor deze mensen open.

Met al haar jaren ervaring vindt Truus het erg triest dat 75% van de mannen met deze travestiegevoelens nog steeds thuis zitten en niet naar buiten durven, simpel door onbegrip.
Als deze mannen zich meer op straat zouden kunnen vertonen, zou travestie misschien beter door de maatschappij geaccepteerd worden, mits de mensen zouden begrijpen, dat het doodgewone mannen en echtgenoten zijn, die alleen af en toe de behoefte voelen zich als vrouw te kleden en dat het (op een heel klein percentage na) niets met homoseksualiteit te maken heeft.
Gelukkig zijn er ook veel mannen die zich niet hoeven te verstoppen en door hun gezin en omgeving geaccepteerd worden zoals ze zijn.
Heel duidelijk moet zijn, dat er niets mis is met mensen die travestiegevoelens hebben. Het is immers heel onschuldig en ze doen er niemand kwaad mee! Bovendien zijn het de liefste mannen die er bestaan.

 

 

 


 

 

 

Ziet u links geen menubalk? Klik hier